Woonstart (2). Ervaringen met implementatie

Woonstart (2). Ervaringen met implementatie

Productgroep Participatie en Herstel 1 - 2024
3,90
Gratis voor abonnees.

Omschrijving

In dit tweede deel over het ggz-programma Woonstart bij Cosis delen de auteurs hun ervaringen met de implementatie. Ze gaan ook in op het kwalitatieve onderzoek dat meeliep met de uitvoering van het programma. Het onderzoek werd uitgevoerd in samenwerking met het lectoraat Maatschappelijke participatie van mensen met psychische beperkingen van de Hanzehogeschool. Op blz. 4-15 vindt u het eerste deel van het tweeluik. Ervaringen met de implementatie van Woonstart Woonstart als programma ggz was de gekozen manier om het werken vanuit de herstelvisie te borgen zowel in de inhoudelijke begeleiding als in de bedrijfsprocessen, inclusief de inzet van fi nanciën en vastgoed. De op waarden zoals ‘hoop bieden’, ‘ontwikkelen & leren’ en ‘bondgenootschap’ gebaseerde herstelvisie (en de bijbehorende manier methodische manier van werken, de IRB) moest leidend zijn voor alle ggz-cliënten, ook als uitstroom naar zelfstandig wonen op de korte termijn niet haalbaar is. Het verankeren en doorontwikkelen van Woonstart past in de langetermijnstrategie van Cosis.

Voordelen programmastructuur
Het werken in een programmastructuur met een afgebakende duur van drie jaar en een nieuwe werkwijze levert in de organisatie focus en energie op. Ook het actief verbinden en vertalen van organisatiebrede ontwikkelingen naar de eigen praktijk helpt medewerkers het geheel beter te begrijpen en daarnaar te handelen.

Positioneren van expertise
Een knelpunt binnen Cosis al vooraf aan de implementatie bleek de onduidelijkheid over verantwoordelijkheid voor de cliëntresultaten. Wie begeleiden de teams op welke manier in het herstelgericht werken? Ondanks de verplichte scholing van alle medewerkers in de IRB en in herstelondersteunende zorg bleef de integratie in de dagelijkse praktijk aandachtspunt. Op basis van de tweede meting van het kwantitatieve onderzoek (zie blz. 11-13) en het kwalitatieve onderzoek werd vanuit het programma gekozen om de inhoudelijke expertise te bundelen in een eigen team, met een eigen functiebeschrijving en een centrale positie. Dit team van IRB-experts is tevens geschoold in het geven van werkbegeleiding. Door deze coaching in de dagelijkse praktijk te integreren wordt een directe bijdrage geleverd aan implementatie en borging van de inhoud in de teams, omdat het methodisch werken en het werken aan de inhoudelijke doelstellingen altijd in het vizier is. Elke IRB-expert verzorgt voor een aantal eigen teams coaching-on-the-job. Dat kan individueel, bijvoorbeeld een medewerker helpen bij het maken van een begeleidingsplan of bij de inzet van IRBonderdelen, maar ook tijdens teamoverleg. Niet alleen de IRB-expert is structureel aanwezig, maar ook de ervaringsdeskundigen, die bij elk overleg het cliëntperspectief inbrengen. Het ECD (software ONS) is hierop ook aangepast en ingericht. In deze tijden van personele krapte is de positionering van de IRB-experts en de overige specialisten ook een manier om goed gekwalifi ceerd personeel aan de organisatie te binden.