Een ggz zonder stigma

Een ggz zonder stigma

Productgroep Participatie en Herstel 4 - 2020
3,90
Gratis voor abonnees.

Omschrijving

Hoewel de aanname vaak is dat in de ggz niet gestigmatiseerd wordt, blijkt uit onderzoek dat stigma ook in de ggz veel voorkomt (Kroon et al., 2019; Schulze, 2007; Van Weeghel et al., 2016). Dit heeft een negatieve invloed op het herstel van cliënten. Juist omdat herstel het primaire doel is van behandeling en begeleiding in de ggz, zou (de)stigmatisering een vast aandachtspunt moeten zijn in de behandeling en begeleiding, maar ook in casuïstiekbesprekingen, bij intervisie en teambesprekingen. Recent onderzoek laat zien dat bijna driekwart van de ggz-hulpverleners zelf actief met destigmatisering aan de slag wil gaan (Kroon et al., 2019). Samen Sterk zonder Stigma (hierna: Samen Sterk) heeft verschillende tools en interventies ontwikkeld waarmee hulpverleners aan de slag kunnen om stigmatisering in de ggz tegen te gaan.

Cliëntervaringen met stigma en de gevolgen

Cliënten ondervinden behalve zelfstigma en ervaringen van stigma in de samenleving ook stigmatisering binnen de ggz1 door hulpverleners (Kroon et al., 2019; Schulze, 2007; Van Weeghel et al., 2016). Uit recent Nederlands onderzoek naar stigma in de ggz blijkt dat meer dan de helft (54%) van de respondenten in de laatste twee jaar stigma door een ggz-hulpverlener heeft ervaren. Afstandelijke houding (22%) en taalgebruik (betuttelend/beschermend; 20%) worden het meest genoemd (Kroon et al., 2019, p. 189). Hierbij gaat het niet alleen om woorden, maar ook om intonatie en lichaamstaal. Daarnaast worden ‘…de focus van hulpverleners op beperkingen en het vermijden van risico’s en het taalgebruik over cliënten tussen hulpverleners onderling (‘die borderliner’)’ (Kroon et al., 2019, p. 35) genoemd. De gevolgen van stigmatisering door een ggz-hulpverlener zijn groot. Het heeft met name negatieve invloed op het ‘…zelfbeeld en het gevoel van vertrouwen in het eigen kunnen en de hoop voor de toekomst (resp. 70% en 69%). Ook zijn er nadelige gevolgen voor het herstel (60%) en de kwaliteit van leven (58%), de contacten met andere mensen (56%) en de psychische en verslavingsproblemen (55%)’ (Kroon et al., 2019, p. 189).